Bestuurders: voldoe aan uw administratieplicht!

Een faillissement van een onderneming is voor geen enkele partij leuk. Mensen verliezen hun baan, schuldeisers krijgen (een gedeelte van) hun vordering niet betaald en u als bestuurder bent mogelijk aansprakelijk voor het boedeltekort. Dit laatste is het geval indien en voor zover er sprake is van ‘onbehoorlijk bestuur’. In de wet is vastgelegd wanneer er in ieder geval sprake is van ‘onbehoorlijk bestuur’: het feit óf en voor zover de onderneming niet heeft voldaan aan de administratie- en deponeringsplicht. Wat de gevolgen daarvan kunnen zijn voor de aansprakelijkheid bleek onlangs uit een gerechtelijke uitspraak. De bestuurders in deze zaak konden de rechter niet overtuigen van hun standpunt dat het faillissement te wijten was aan andere omstandigheden, zoals lastige marktomstandigheden, concurrentie en tegenvallende prestaties van hun personeel. De rechter oordeelde daarom dat de bestuurders hoofdelijk aansprakelijk waren voor het tekort van de boedel.

Bestuursverbod

De curator in deze zaak vorderde ook een bestuursverbod van 5 jaar. De bestuurders stelden dat de duur van dit verbod disproportioneel was. Gelet op de gebeurtenissen rond het bedrijf zouden zij niet gemakkelijk arbeid in loondienst kunnen vinden. Ook zouden de bestuurders al zwaar getroffen zijn door de gebeurtenissen. Maar de rechter gaat mee met het verzoek van de curator. De bestuurders konden onvoldoende onderbouwen dat zij moeilijk aan arbeid in loondienst zouden kunnen komen. Ook de stelling dat zij al zwaar getroffen zouden zijn, was geen reden om de duur van het bestuursverbod te verkorten.