Einde voorfinancieren transitievergoeding na langdurige ziekte in zicht

Vanaf 1 april 2020 kunt u bij het UWV compensatie aanvragen voor de transitievergoeding die u bij ontslag aan de langdurige zieke werknemer heeft betaald. De arbeidsovereenkomst moet dan wegens langdurige arbeidsongeschiktheid op of na 1 juli 2015 zijn beëindigd via een (juiste) vaststellingsovereenkomst of zijn opgezegd na het verkrijgen van een ontslagvergunning via het UWV. Dit geldt ook als het dienstverband deels is beëindigd. Was de werknemer al vóór 1 juli 2015 104 weken of langer arbeidsongeschikt, dan wordt geen compensatie toegekend.

Slapend dienstverband

Het aanhouden van een slapend dienstverband na 2 jaar ziekte om de transitievergoeding te ontlopen, staat al enige tijd ter discussie. Eind vorig jaar heeft de hoogste rechter – de Hoge Raad – aangegeven hoe hiermee moet worden omgegaan. De Hoge Raad vindt dat u als werkgever vanuit goed werkgeverschap mee moet werken aan een verzoek van de werknemer om het slapend dienstverband te beëindigen. U hoeft dan niet méér transitievergoeding te betalen dan het bedrag dat u aan transitievergoeding verschuldigd zou zijn bij beëindiging van arbeidsovereenkomst op de dag na de dag waarop de overeenkomst wegens arbeidsongeschiktheid voor het eerst mocht eindigen. Op deze regel bestaan twee uitzonderingen:

  1. u heeft er een gerechtvaardigd belang bij dat het dienstverband in stand blijft. Dit gerechtvaardigd belang kan niet worden gezocht in het feit dat uw werknemer binnenkort de pensioengerechtigde leeftijd zal bereiken. Dat kan er bijvoorbeeld wel zijn, wanneer u reële re-integratiemogelijkheden ziet.
  2. u komt financieel in de knel, omdat u het bedrag aan transitievergoeding moet voorfinancieren tot u compensatie kunt krijgen. In die situatie kunt u uitstel van medewerking aan het verzoek van de werknemer krijgen.

Kortom, was het enige tijd geleden nog zo dat het aanhouden van een slapend dienstverband niet in strijd was met goed werkgeverschap. Nu is dat – op de uitzonderingen na – juist wel het geval. U zult hierdoor dus vaker de arbeidsovereenkomst op verzoek van de werknemer na 2 jaar ziekte moeten beëindigen met uitbetaling van de verschuldigde transitievergoeding. U kunt daar dan vanaf 1 april a.s. wel compensatie voor aanvragen.

Aanvraag compensatie

Had u werknemers in dienst die na 1 juli 2015 104 weken of langer arbeidsongeschikt waren en hebt u tussen 1 juli 2015 en 1 april 2020 bij ontslag transitievergoedingen aan hen betaald? Voor deze zogenaamde ‘oude gevallen’ dient u de aanvraag voor compensatie in vanaf 1 april tot en met uiterlijk 30 september 2020. Betaalt u vanaf 1 april 2020 een transitievergoeding uit bij ontslag van een langdurig zieke werknemer? In dat geval vraagt u de compensatie binnen 6 maanden aan. Het UWV wijst te vroeg of te laat ingediende aanvragen af. Wees dus op tijd!

Bereid u tijdig voor

U moet bij de aanvraag in elk geval afschriften meesturen van:
• de arbeidsovereenkomst;
• salarisstroken;
• de berekening van de transitievergoeding;
• het betalingsbewijs van de transitievergoeding; en
• de (ontslag)beschikking van het UWV of de vaststellingsovereenkomst.

Soms moet u ook andere gegevens verstrekken. Kortom, begin op tijd met het verzamelen van al deze gegevens, zeker als u tussen 1 juli 2015 en 1 april 2020 meerdere transitievergoedingen hebt betaald bij ontslag van langdurige zieke werknemers.