Als u en uw partner geen testament hebben laten opmaken, maar er zijn wel kinderen, dan is na overlijden van een van u beiden de wettelijke verdeling van toepassing. De langstlevende krijgt de beschikking over de hele nalatenschap en de kinderen krijgen hun erfdeel in de vorm van een vordering. Stel nu dat u en uw partner samen geen kinderen hebben, maar uw partner heeft uit een eerdere relatie wel kinderen. De verstandhouding tussen u en de stiefkinderen liet altijd al te wensen over, maar na het overlijden van uw partner wordt het er niet beter op. De stiefkinderen beginnen te zeuren en gaan druk uitoefenen om hun erfdeel uitbetaald te krijgen.
Eerder uitkeren
Wat nu als u dit bedrag eerder wilt uitkeren? De vordering van de stiefkinderen is pas opeisbaar na uw overlijden. Als u besluit om het erfdeel al tijdens leven uit te betalen – om van het gezeur af te zijn – op welk bedrag hebben de stiefkinderen dan recht?
Dit hangt af van de vraag hoe de vordering van de kinderen door de Belastingdienst is gewaardeerd in de aangifte erfbelasting. Als er tussen u en de kinderen geen renteafspraak is gemaakt – en dat is gelet op de verhoudingen mogelijk het geval – is de vordering tegen de contante waarde (bloot eigendom) gewaardeerd. Als u de kinderen hun vordering wilt gaan uitbetalen, houd dan ook rekening met deze contante waarde! Keert u namelijk het hele bedrag uit, dan doet u feitelijk een schenking aan de kinderen. De hoogte van die schenking is het verschil tussen de nominale waarde van de vordering (verminderd met de door u betaalde erfbelasting) en de contante waarde.
Let op
De stiefkinderen zijn over het bedrag van de schenking schenkbelasting verschuldigd. Zij zullen dus aangifte schenkbelasting moeten doen vóór 1 maart van het jaar, volgend op de uitbetaling van de vordering.