Een goed begin is het halve werk, met de startpunten voor de DGA. Deze staat boordevol handige tips en attentiepunten voor dit jaar.
Gebruikelijk loon anders berekenen
U moet als aanmerkelijkbelanghouder (5% of groter aandelenbelang) ten minste een gebruikelijk loon opnemen voor het werk dat u voor uw bv verricht. De berekeningswijze van dit loon is gewijzigd door het afschaffen van de doelmatigheidsmarge van 25%. Deze marge hield in dat u uw loon 25% lager mocht vaststellen dan gebruikelijk was voor de functie. Het gebruikelijk loon wordt vanaf 2023 in beginsel vastgesteld op het hoogste bedrag uit de volgende reeks bedragen:
- het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
- het hoogste loon van werknemers in dienst van de vennootschap of daarmee verbonden vennootschappen; of
- € 51.000
Let op
Heeft u een afspraak met de Belastingdienst over de hoogte van het gebruikelijk loon die is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (vso) en loopt de geldigheid van die afspraak door in 2023? Dan blijft de vso van kracht zonder nadere afstemming met de inspecteur. Maar is bij die afspraak het loon op 75% van het loon van de meest vergelijkbare dienstbetrekking vastgesteld, dan moet u vanaf 2023 uitgaan van 100% van dat loon. Het kan daardoor verstandig zijn om de hoogte van het gebruikelijk loon nog eens tegen het licht te houden.
Box-2-tarief nog onveranderd
Het box-2-tarief in de inkomstenbelasting voor dividenden uit uw bv of over de winst bij verkoop van uw aandelen in de bv is gelijk gebleven en bedraagt 26,9%. Maar vanaf volgend jaar gaat er wel het een en ander veranderen in dit tarief. Dan worden er twee tariefschijven ingevoerd in box 2. De eerste schijf met een tarief van 24,5% geldt voor box-2-inkomsten tot € 67.000 en daarboven zal een tarief van 31% gelden. Heeft u een fiscaal partner? Dan geldt vanaf 2024 het lage box-2-tarief tot € 134.000 bij een gelijke verdeling tussen u en uw partner.
Eerste schijf verlaagd en tarief verhoogd
Het vennootschapsbelastingtarief in de eerste schijf is fors verhoogd van 15% naar 19%. Daarnaast is de lengte van deze schijf verkort van een jaarwinst van € 395.000 naar € 200.000. Het tarief in de tweede schijf (vanaf een jaarwinst van € 200.000) is 25,8% gebleven. Door het verlagen van de winstgrens in de eerste schijf wordt de winst van uw bedrijf eerder belast met dit hoge tarief.
Beperk de stand van uw rekening-courant
De Belastingdienst controleert regelmatig de zakelijkheid van een rekening-courant bij de eigen bv. Uw aangifte voor de inkomstenbelasting en die van uw bv voor de vennootschapsbelasting worden daarbij beoordeeld in onderlinge samenhang. De rekening-courantverhouding met uw bv kan als onzakelijk worden aangemerkt als niet aannemelijk is dat u de schuld aan uw bv ooit aflost. Er heeft dan een definitieve vermogensverschuiving plaatsgehad van de bv naar u, waarvan u en uw bv zich bewust waren. De rekening-courant vormt dan een verkapte winstuitdeling, waarover u box-2-belasting (nu nog 26,9%) verschuldigd bent. Laat de rekening-courant dus niet te hoog oplopen.
Begin met aflossen
Het lenen bij uw eigen bv boven een bedrag van € 700.000 wordt bovendien belast als inkomen uit aanmerkelijk belang. Zijn uw schulden (niet zijnde eigenwoningschulden) bij uw eigen bv hoger dan € 700.000? Zorg er dan voor dat u de schuldenlast eind 2023 (het eerste moment waarop de Belastingdienst de stand van de rekening-courant en overige schulden aan uw bv controleert) zo veel als mogelijk heeft teruggebracht tot maximaal € 700.000.
Extra afschrijven op nieuwe bedrijfsmiddelen
De hiervoor bij de startpunten voor de ondernemer genoemde mogelijkheid om in 2023 op nieuwe aangewezen bedrijfsmiddelen extra af te schrijven geldt ook voor uw vennootschapsbelastingplichtige mkb-onderneming. Ook uw bv mag op investeringen die zij in 2023 doet, direct al tot maximaal 50% over de aankoopprijs minus restwaarde afschrijven ten laste van de winst. Over het restant moet uw bv regulier afschrijven. Doordat uw bv meer mag afschrijven betaalt zij minder vennootschapsbelasting. Brengt uw bv zelf een bedrijfsmiddel voort? Ook in dat geval mag uw bv versneld afschrijven over de voortbrengingskosten die zij in 2023 maakt.
Bepaalde bedrijfsmiddelen zijn uitgesloten van deze regeling, zoals gebouwen, schepen, vliegtuigen en bedrijfsmiddelen die bestemd zijn voor de verhuur aan derden. Ook bedrijfsmiddelen waarop via een andere regeling – zoals de Vamil – al vervroegd wordt afgeschreven zijn uitgesloten. Bedrijfsmiddelen die wel kwalificeren moet u uiterlijk vóór 1 januari 2026 in gebruik hebben genomen.
Overgangsregeling uitzondering innovatieve start-ups
Sinds 1 januari 2023 kunt u geen gebruik meer maken van de uitzondering op de gebruikelijkloonregeling voor aanmerkelijkbelanghouders die werken voor een innovatieve start-up. Die uitzondering hield in dat u het gebruikelijk loon gedurende 3 jaar mocht vaststellen op het wettelijk minimumloon. Maar als u in 2021 of 2022 al gebruikmaakte van deze uitzondering, dan mag u de uitzondering blijven toepassen voor de maximale duur van 3 jaar. U moet dan in 2023 (bij start in 2021 of 2022) en in 2024 (bij start in 2022) wel blijven voldoen aan de voorwaarden. Dat wil zeggen dat u een S&O-verklaring moet hebben en maximaal 5 jaar inhoudingsplichtige moet zijn voor de loonbelasting en hiervan maximaal al 2 jaar een S&O-verklaring hebben gehad.
Vraag voorlopige verliesverrekening aan
Als uw bv in 2022 verlies heeft geleden, kunt u zodra de aangifte vennootschapsbelasting 2022 is ingediend, een verzoek doen om voorlopige verliesverrekening. U kunt dan alvast 80% van het verlies verrekenen met winsten uit eerdere jaren. Dit levert uw bv een liquiditeitsvoordeel op, omdat zij eerder kan beschikken over een te verwachten belastingteruggaaf. De voorlopige verliesverrekening wordt later verrekend met de definitieve verliesverrekening.
Betalingskorting afgeschaft
Tot en met 2022 kreeg uw bv een betalingskorting als zij een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting voor het lopende jaar in één keer betaalde vóór de eerste betaaldatum. Uw bv kon daarbij de korting direct aftrekken van het te betalen bedrag. Dit voordeel is vanaf 1 januari 2023 vervallen.
Tijdig UBO’s trust registreren
Sinds 1 november 2022 moeten ook de uiteindelijk belanghebbenden (Ultimate Beneficial Owners: UBO’s) van trusts (trustees), fondsen voor gemene rekening en soortgelijke constructies worden geregistreerd in het UBO-register trusts. Het UBO-register voor trusts en soortgelijke juridische constructies maakt het voor criminelen lastiger om zich te verschuilen achter zulke constructies. Door de registratie van UBO’s is er meer transparantie, waardoor het register bijdraagt aan het voorkomen van witwassen, corruptie, fraude, belastingontduiking en de financiering van terrorisme.
Wat is een trust?
Een trust is een juridische constructie, die in het leven wordt geroepen door een persoon (de oprichter/settlor), waarbij goederen worden toevertrouwd aan een beheerder (de trustee) ten behoeve van een of meerdere begunstigden. De trust kent vele varianten en wordt onder meer gebruikt in de zakelijke sfeer, in familiaire sfeer, in charitatieve en in culturele sferen. Alleen de trustee van een trust, of degene die in een soortgelijke juridische constructie een vergelijkbare positie heeft als een trustee in een trust, kan de registratie van UBO’s verrichten. Ben u zelf de trustee? Dan bent u ook een UBO van de trust.
Tijdig registreren
De UBO’s van een trust kunnen tot uiterlijk 1 februari 2023 worden geregistreerd via de website uboregistertrusts.nl. De Kamer van Koophandel beheert het UBO-register trusts namens de ministeries van Financiën en Justitie & Veiligheid.